vrijdag 11 mei 2012

Kosmische dimensies 2


Vervolg op de beschrijving over de diverse dimensies.
(De zeven dimensies m.b.t. de schepping van de fysieke wereld)

3e  fysieke dimensie
De 3e en laatste kosmische dimensie is in zijn verschijningsvorm de fysieke dimensie en bestaat zoals men vanzelfsprekend weet, uit alles wat door materie wordt omringd. De fysieke dimensie wordt begrensd door drie ‘ruimtelijke aspecten en de tijd’. De fysieke wereld is in essentie de manifestatie van ‘ruimte en tijd’ samengevat in één moment. De fysieke dimensie is concreet gesteld het stadium van het altijd voortschrijdende ‘nu’ binnen het ‘proces van creatie’, dat op het frequentieniveau van de 4e dimensie ontspruit en existeert binnen het grotere plan van de 5e mentale energiematrix. Zoals eerder gezegd is de 3e dimensie als laatste van de zeven kosmische dimensies, de uiteindelijk geschapen fysieke vormwereld. Deze dimensie is de uiteindelijke ‘kristallisatie’ van het oorspronkelijke ‘licht’ uit het hoogste niveau, maar dan tot vaste vorm gekomen. Doordat de driedimensionale wereld de tot ‘vorm’ gekomen energieën vanuit de 4e dimensie vertegenwoordigt, existeert de 3e dimensie in werkelijkheid binnen het hoger gelegen kosmische niveau en zijn beide niveaus energetisch ‘één’ en onlosmakelijk met elkaar verbonden. De eerder genoemde ‘ruimtelijke aspecten’ zijn een gevolg van het creatieve proces: ‘magnetisme, samentrekking en vormmanifestatie’. Het elektromagnetisme van de fysieke wereld houdt, evenals het elektromagnetisch veld van de menselijke Aura, alle vormmanifestaties in de fysieke wereld bij elkaar, op dezelfde wijze als dat de Aura het menselijke wezen met al zijn energielichamen bij elkaar houdt en in stand houdt.

Subdimensies van de ‘vormwerelden’

De onderste drie kosmische dimensies zijn echter weer opgebouwd uit ‘sublagen’.  De fysieke dimensie bestaat zoals men weet uit drie niveaus of sublagen: vaste stoffen, vloeibare stoffen en gasvormige stoffen. Een vaste stof heeft een bepaald frequentieniveau, indien daar warmte aan toegevoegd wordt, wordt de frequentie hoger en wordt de stof vloeibaar. Als men energie blijft toevoegen wordt het uiteindelijk gasvormig. De energiefrequentie wordt hoger en de vorm waarin het zich manifesteert wordt anders. Zo bestaat het hele systeem (vanuit de fysieke wereld gezien) uit een constante frequentieverhoging van steeds sneller worden van energie. Boven de genoemde gasvormige stoffen is de ‘trilling’ van energie zo snel dat we de manifestaties niet meer kunnen zien, maar wel kunnen ervaren. Nu is de fysieke dimensie opgebouwd uit twee gebieden: de drie genoemde ‘sublagen’ van vaste waarneembare stoffen, eindigend met de gasvormige stoffen in het 'ondergebied' van de fysieke dimensie en in het 'bovengebied' van de fysieke dimensie een viertal  ‘etherische’ sublagen, waar in het onderstaande uitgebreid wordt ingegaan.

Vier etherische sublagen in de 3e dimensie
Deze vier etherische sublagen binnen de 3e dimensie, hebben allen te maken met de ‘vitaliteit’ die elke levensvorm in de fysieke dimensie verlevendigt. Met andere woorden: in elk van de vier etherische sublagen wordt de ‘vitaliteit’ ervan bepaald, door de kleinste ‘deeltjes’ die we ‘leven en bewustzijn’ toekennen. Deze deeltjes noemt men de ‘elementalen’. De elementalen vertegenwoordigen de ‘basissubstantie’ van de elementen en zijn in essentie de levende bouwstoffen, die de elementen hun vorm en karakter geven. Alle leven in de drie lagere ‘vormwerelden’ bestaat dankzij de expressie van de elementalen van ‘aarde, water, vuur en lucht’ in de drie vormwerelden. De ‘elementalen’ vormen het laatste onderdeel in het proces van ‘creatieve machten en krachten’, die zich van het hoogste goddelijke niveau naar het laagste fysieke niveau toe bewegen. Hun niet-geïndividualiseerd bewustzijn heeft slechts de kwaliteit van het element waar zij een onderdeel van zijn. Elk elementaal is een op zichzelf staande en werkende ‘eenheid’. Binnen hun eigen element zijn zij echter wel ‘scheppend en vormgevend’.

De kwaliteiten van de elementalen worden door de etherische subdimensies in de vaste ‘vormen’ gespiegeld. Het bereik van de elementalen wordt in de fysieke dimensie als volgt weergegeven:

1e etherische sublaag: laagste manifestatievorm van ‘lucht’ elementalen;  

2e etherische sublaag: laagste manifestatievorm van ‘vuur’ elementalen;
                                             
3e  etherische sublaag: laagste manifestatievorm van ‘water’ elementalen;
                                      
4e etherische sublaag: laagste manifestatievorm van ‘aarde’ elementalen;

Samengevat vormen de ‘elementalen’ de onderste schakel in de reeks van creatieve hiërarchieën, die de schepping uitvoeren. De elementalen zijn het ‘eindproduct’ van de omvormingen van de kosmische stof in de lagere drie vormdimensies. De ‘engelen hiërarchieën’ sturen en vormen de elementalen in de vier elementen. Overigens heeft elk van de vier etherische sublagen zijn eigen energiefrequentie (trillingsgetal), waarvan de eerste sublaag de hoogste en de vierde sublaag de laagste energiefrequentie vertegenwoordigt. De natuurlijke elementalen zijn derhalve de levende substantie in de vier elementen en vormen ‘verticaal’ verbonden met het ‘goddelijk’ plan een samenwerkend geheel.

Elementalen

Op grond van het feit dat de elementalen de levende ‘bouwstoffen’ vertegenwoordigen, die de elementen hun vorm en karakter geven, wordt deze benaming tevens gebruikt voor al het elementaire leven dat in evolutionair opzicht lager dan de mineralen staan. Niettemin zijn de mineralen zelf ook een uitdrukkingsvorm van eindeloos veel elementale ‘bouwstoffen’ in een bepaald evolutionair stadium van ontwikkeling. Hetzelfde geldt voor de planten in het plantenstadium van hun evolutie op deze aarde. Wat ook voor het dierenrijk geldt. Dieren zijn relatief gesproken hoog ontwikkelde elementale wezens, maar dan nog zonder geïndividualiseerd bewustzijn. Hiërarchisch gezien heeft men eerst te maken met de elementalen die ten grondslag liggen aan al het leven in de eerder genoemde ‘vormwerelden’, dan de elementalen die zich in het mineralenrijk manifesteren, dan de elementalen in het plantenrijk, vervolgens de hoger ontwikkelde elementalen die zich als dier manifesteren, gevolgd door de mens wiens verschijningsvorm de ‘vervolmaakte’ elementale bouwstoffen (pitri's) vertegenwoordigen. Het is echter goed om te weten dat ook ‘natuurgeesten’ elementalen zijn. Begrippen als ‘natuurgeesten en elementalen’ worden  vaak door elkaar gebruikt, hetgeen overigens terecht is. De benaming ‘natuurgeesten’ is meer het overkoepelende woord voor al de elementaire ‘lichtwezens’, die in de vier etherische ‘sublagen’ van de fysieke dimensie werkzaam zijn. Elementaire ‘lichtwezens’ in de betekenis van ‘feeën, elven, gnomen, deva’s en al wat er meer voor namen aan gegeven worden. Al deze ‘etherische wezens’ zijn eveneens elementalen, die op een bepaald ‘ontwikkelingsniveau’ als boodschappers van de natuur werkzaam zijn. Zij werken in en door de natuur, beschermen haar en proberen het natuurlijk evenwicht en de harmonie erin te bewaren. Zij zorgen voor het contact met moeder Aarde en maken op ‘subtiele’ wijze de mens bewust van zijn aardse oorsprong. In het volgende verslag over de 'lichtsferen' in de vierde dimensie zal ook op de 'natuurgeesten' nader worden ingegaan.

Zo heeft ook elk levend wezen in de verschillende natuurrijken inclusief het mensenrijk een ‘lichaamselementaal’, die een combinatie is van de genoemde aarde-, water- en vuurelementalen. Deze lichaamselementalen bevinden zich met uitzondering van de pitri's, welke als elementale 'bouwstoffen' ten grondslag liggen aan de grofstoffelijke verschijningsvorm, in de etherische subdimensies waarvan  de elementkwaliteiten door de etherische subdimensies in de vaste ‘vormwereld’ worden ‘gespiegeld’. Maar de mens bestaat behalve uit het fysieke lichaam, ook nog uit een etherisch lichaam dat als ‘levenslichaam’ ons in staat stelt te bewegen, te voelen en te denken. In dit levenslichaam huist op subtielere energieniveaus de lichaamselementalen die ons lichaam op ‘elementniveau’ onderhoudt en instant houdt. De natuurlijke elementalen vertegenwoordigen zodoende de onderste schakel in het grote scheppingsproces, door wie de elementkwaliteiten in ons lichaam nader tot uitdrukking wordt gebracht.  

Elektrische en magnetische kwaliteit in de sublagen

In de drie vormwerelden, van de 3e  tot de 5e dimensie, bestaat er in elke dimensie een groot verschil tussen het  ‘boven- en het ondergebied’. De bovengebieden bestaan uit een meer ‘voedende’ functie en in de ondergebieden trekt de energie zich meer samen en wordt de eigenlijke functie van de dimensie manifest. Anders gezegd: in de bovenste sublagen van elke dimensie overheerst de ‘elektrische’ voedende kwaliteit en in de onderste sublagen van elke dimensie overheerst de ‘magnetische’ kwaliteit. In deze onderste sublagen van elke dimensie vormen zich door de ‘magnetische’ werking de vaste structuren in de ‘vormdimensies’. In de onderste sublaag van de fysieke dimensie komt de werking van alle magnetische samentrekkingen samen en komt de Goddelijke ‘creatiestroom’ uiteindelijk tot de manifestatie van vaste gekristalliseerde vormen. In de bovenste helft van de fysieke dimensie dragen de vier ‘etherische’ sublagen de voeding voor alle levensvormen.

Sublagen in de 4e dimensie
Zo worden ook in de 4e astrale dimensie de energieën in het bovengebied ‘aangetrokken’, vanuit de bovenliggende dimensies en in het ondergebied ervan ‘samengetrokken’ tot de materie-energieën voor de onderliggende fysieke dimensie. De fysieke dimensie is in de kern van de zaak een ‘samentrekking’ van energie binnen de astrale dimensie en maakt hier  wezenlijk deel van uit. De ‘aantrekking en samentrekking’ van de astrale dimensie reikt dus verder dan haar eigen grenzen. De 4e dimensie is een dimensie van ‘gevoelens, verlangens en emoties’. De emoties spelen zich af in het ondergebied en de gevoelens in het bovengebied van deze dimensie. Het onderbewustzijn werkt via de frequentie van deze dimensie. In tegenstelling tot de vastere vormen in de fysieke dimensie is in de 4e dimensie alles in ‘beweging’ en lijkt alles ‘vloeibaar’ te zijn.

Sublagen in de 5e dimensie
De 5e mentale dimensie is eveneens onderverdeeld in twee gebieden. In deze dimensie werkt de tweedeling tussen het boven- en ondergebied uit, in het meer ‘abstract’ denken in het bovengebied en het meer ‘logisch’ denken in het ondergebied ervan. Deze twee gebieden staan in een constante uitwisseling met elkaar. Het abstracte denken is meer het ‘voelend’ denken, denken waar geen bewust proces aan vooraf gaat. Het bovengebied wordt daarom ook omschreven als het ‘causale’ gebied, waar onder andere onze ‘intuïtie en ons bewustzijn’ mee in verband staan. Daarentegen houdt ons ‘zelfbewustzijn’ zich meer vast aan het ‘mentale’ ondergebied van deze dimensie, het gebied van het ‘logisch’ denken. Op het niveau van het ‘causale’ bovengebied bevinden zich alle ‘basispatronen’ voor alle nog te ontwikkelen levensvormen, dat via ‘samentrekking’ van het mentale ondergebied, verder naar de onderliggende ‘astrale’ dimensie ‘uitstraalt’.

De mens als ‘energetisch’ wezen
In het bovenstaande werd gesteld dat het 5e  kosmische niveau de geometrisch geordende ‘energiematrix’ bevat, die alle basispatronen van alle levensvormen in zich draagt. Of beter gesteld, een dimensie waarin alle ‘blauwdrukken’ voor alle ‘levensvormen’ reeds klaar liggen. Ook dit is bij het ‘incarnatieproces’ van de mens het geval. Vanuit het bovengebied van het mentale niveau start het proces van menselijke creatie, stapsgewijs door de verschillende sub niveaus van de drie onderste ‘vormwerelden’, totdat het energetische ‘patroon’ van de menselijke incarnatie ‘kristalliseert’ op het fijnstoffelijke niveau van het fysieke gebied. Dit hele proces van ‘creatie’ wordt begeleid door wat men in esoterische termen noemt: de ‘Engelen van Karma’.  Het fysieke lichaam bestaat in essentie uit energie, of beter gezegd energieën, die in het atomaire stelsel in de vorm van elektronen, neutronen en protonen nader tot uitdrukking komen. Deze atomen zijn voortdurend in beweging, onafgebroken actief en worden esoterisch beschouwd, de belichamingen of manifestaties van onderliggende ‘levensatomen’ genoemd. Deze onderliggende levensatomen of ook wel ‘permanente’ atomen genoemd, bezielen de fysieke atomen van het menselijk lichaam tijdens het bestaan in de fysieke wereld. Elk van deze permanente atomen is een kernfysisch ‘wezentje’ dat leeft, beweegt, groeit en nooit stilstaat en zich in de loop van de ‘incarnatiecyclus’ geleidelijk aan ontwikkelt naar een verheven bestemming en ten slotte ooit ‘goddelijk’ wordt.

Deze permanente atomen zijn van ‘stoffelijke, astrale en mentale’ aard, waaromheen de energetische lichamen voor een nieuwe menselijke incarnatie worden gevormd. De permanente atomen behouden het ‘trillingsgetal’ ofwel de energiefrequentie die het individu heeft bereikt op het moment van overlijden. Als de persoon in kwestie grote (mentale) vooruitgang heeft geboekt, zullen zijn of haar energetische lichamen in volgende incarnaties zich verder verfijnen en zullen zij door de ‘magische’ werking van de ziel, steeds meer stof aantrekken van atomaire aard. Zo gaan de ‘permanente atomen’ spiraalsgewijs naar steeds hogere energiefrequenties. Omdat een fysiek lichaam ‘stof’ aantrekt van een gelijk ‘trillingsgetal’, zal elke vooruitgang in elk aards leven een verfijnder lichaam met een steeds hogere ‘trillingsfrequentie’ scheppen. De permanente atomen zijn dus ‘kernen’ die de atomaire deeltjes aantrekken, waaruit eerst het ‘mentale, dan het astrale en vervolgens het etherisch stoffelijk’ lichaam worden gevormd, waarna het grofstoffelijke lichaam ‘condenseert’.

Pitri’s

Naast de permanente levensatomen is er echter ook sprake van lichaamselementalen in de betekenis van ‘maan- en zonnepritri’s’.  Deze ‘maan- en zonne-pitri’s’ zijn de levende ‘bouwstoffen’ waaruit zowel het cellulaire menselijk lichaam als het geestelijk lichaam van de mens is opgebouwd. Zij spelen de belangrijkste rol in het ‘condensatieproces’ om tot de vorming van het grofstoffelijke lichaam te kunnen komen. Nu heeft de mens behalve het fysieke lichaam nog zeven energetische lichamen, waarvan vier lichamen op etherisch, astraal en mentaal niveau en drie geestelijke lichamen op ‘causaal’ niveau. De vier lagere energetische lichamen zijn opgebouwd uit ‘maan-pitri’s’ en voor de vorming van de causale geestelijke lichamen zijn de ‘zonne-pitri’s’ verantwoordelijk. Het pad van evolutie is evenwel het middel waardoor men beheersing krijgt over al deze natuurlijke elementalen. Zelfs het fysieke lichaam, dat zo solide en stoffelijk lijkt, is in wezen ‘verstoffelijkte of verdichte’ energie. Deze ‘verdichte’ energie is het uiteindelijke resultaat van de activiteit van de elementale pitri’s op het fysieke vlak.


Zilveren koord

Het menselijk lichaam bevat behalve het permanente atoom en de elementale pitri's echter nog een energetisch aspect en dat betreft het ‘zilveren koord’. Het zilveren koord is een energetische ‘levensstroom of levensdraad’, dat als verbinding fungeert tussen het hoogste goddelijke niveau in de kosmos en het 'hogere zelf' en van daar uit via de 'kruin', naar het ‘hartchakra’ in het fysieke lichaam. Dit ‘zilveren koord’ bepaalt hoeveel ‘goddelijke energie of levensenergie’ er tot ons komt. Het ‘zilveren koord’ verbindt tevens de ziel en haar lichaam met de drie genoemde permanente atomen. In dit ‘zilveren koord’ is het bewustzijn ononderbroken, zodat wanneer het moment voor de ziel daar is om opnieuw te ‘incarneren’, op magische wijze ‘deeltjes’ van gelijke trilling worden aangetrokken, die zich rond de permanente atomen vormen. De permanente atomen ‘trillen’ dan vooralsnog op het frequentieniveau van het vorige leven en zijn doordrongen van het bewustzijn en de energetische trilling van de niveaus van de atomen.  Wanneer aan het eind van een leven het ‘zilveren koord’ wordt verbroken, treedt de fysieke dood in. Bij het ongeboren kind dat nog in de baarmoeder zit, wordt het kindje energetisch nog ‘gevoed’ via het ‘zilveren koord’ van de moeder. Bij de eerste ademhaling na de geboorte treedt ook direct het ‘zilveren koord’ van het kind meteen in werking.  
 
'Flatgebouw' van zeven verdiepingen

Het volgende verhaal dat eveneens betrekking heeft op de schepping is het verhaal over de 'Geestelijke Werelden'. In dit verhaal worden de 'zeven bewustzijnsniveaus' in de Geestelijke Wereld behandeld, wat in grote lijnen synchroon loopt met de 'zeven kosmische dimensies'. Met dit verschil, dat bij deze uitleg de 'zeven bewustzijnsniveaus' volledig gaan over de evolutie van de Ziel. Beide scheppingsverhalen moet men zien als een 'flatgebouw' van zeven verdiepingen. Waarbij de uitleg over de 'kosmische dimensies' meer de fysieke 'staat' van het flatgebouw betreft. De uitleg over de 'zeven bewustzijnsniveaus' in de Geestelijke Werelden behelst meer de 'functionaliteit en de ethische kant' van het zeven verdiepingen tellende flatgebouw. Daarna zal in een aantal artikelen het 'flatgebouw' van binnen worden bekeken, waarbij metaforisch gezien de afdelingen en vertrekken nader zullen worden belicht. Met andere woorden, dan zullen de vele 'lichtsferen' in de Geestelijke Wereld nader beschreven worden. 


Inspiratie: literatuur de Oorsprong, Herman van Tuijl; Literatuur Benjamin Creme; Literatuur Jozef Rulof.









Geen opmerkingen:

Een reactie posten