Lijden,
we hebben er allemaal vroeg of laat mee
te maken. Soms al heel vroeg, wanneer we in onze jeugd bijvoorbeeld niet de
liefde en aandacht hebben gehad, die ieder kind zo dringend nodig heeft om later
een gelukkig en evenwichtig leven te kunnen leiden. Soms komt lijden pas heel
laat, als na een goed en gelukkig leven de oude dag met allerlei gebreken komt
en ons mooie leven ineens verandert in een scenario van een eindeloos ziekbed.
Of nog erger, voor sommigen een ziekbed met ondragelijk en uitzichtloos lijden.
En al die jaren tussen jeugd en ouderdom kunnen ons allerlei vormen van lijden
overkomen: ‘ongelukken, depressies, ruzie, tegenslagen op het werk, overlijden
van dierbaren, ernstige ziektes, etc., etc. Maar gelukkig is er naast leed ook
veel lichamelijk en geestelijk welzijn. Geen enkel leven is alleen maar ‘kommer
en kwel’ en ook geen enkel leven verloopt altijd maar ‘rimpelloos’. Maar soms
lijkt het allemaal zo oneerlijk verdeeld. Doch soms praten we onszelf ook wel
lijden aan. Een oud spreekwoord zegt: ‘de mens lijdt vaak het meest door het
lijden dat hij vreest en dat uiteindelijk niet op komt dagen. Zo heeft hij meer
te dragen dan God te dragen geeft’. Maar wat betekent lijden eigenlijk nog
meer?
Lijden in
het algemeen.
Vrij
vertaald is ‘lijden’ het ondergaan van smart en ellende. Daarbij kan
onderscheid gemaakt worden tussen ‘psychisch en lichamelijk’ lijden. Het lijden
op zich kan sterk variëren in intensiteit en tijdsduur en is een herkenbare
ervaring voor veel mensen. Bij lichamelijk lijden kan er sprake zijn van
wonden, breuken en andere kwalen in het lichaam. Lichamelijke gezondheidszorg
probeert dit lijden te verlichten. Bij geestelijk of psychisch lijden is er
doorgaans geen aanwijsbare lichamelijke oorzaak. Het kan dan bijvoorbeeld gaan
om ‘angsten en depressiviteit’. Sommigen denken dat dit lijden niet reëel kan
zijn, wat echter onjuist is. Psychisch lijden kan in sommige opzichten zelfs
zwaarder zijn dan lichamelijk lijden. Het gaat bij psychisch lijden vaak om
mensen die met medicatie min of meer kunnen functioneren, maar die niet verder
kunnen en willen leven, omdat zij ondanks alle reeds doorgemaakte therapieën
hun bestaan uitzichtloos vinden. Daarnaast zijn er velen die de steeds
terugkerende ‘depressies en psychoses’ met angst en beven tegemoet zien. Of
zich realiseren dat zij daardoor minder dan een ‘schaduw’ zijn van wat zij
vroeger waren.
Bij
lichamelijke lijden kan er sprake zijn van verschillende soorten ziektes. De
ene lichamelijke ziekte openbaart zich hoofdzakelijk door pijn, bij de andere
ziekte lijdt men voornamelijk door verdriet en smart, die door de lichamelijke
ziekte wordt veroorzaakt. En in andere gevallen zijn er combinaties van deze
twee. Doch lichamelijke ziektes veroorzaken dikwijls pijn, omdat het nu eenmaal
lichamelijk is. Daarbij kan de pijn erg toenemen door innerlijk verdriet of
emotioneel lijden. Zo kan het resultaat verergeren of kan het later misschien weer
verminderen. Het omgaan met lichamelijke ziektes, wordt namelijk voor een
belangrijk deel bepaald, door de innerlijke staat van de persoon zelf. Als men
alleen is en zonder zorg, dan kan het lijden al heel snel ondragelijk worden en
neemt men vaak zijn toevlucht tot sterke medicijnen. Als er daarentegen sprake
is van een liefdevolle, zorgzame omgeving, dan kan de betrokkene zijn lijden
over het algemeen beter verdragen.
De keuzes
die wij maken tijdens ziektes of terminale omstandigheden, de middelen die wij
nodig hebben om de pijn en onrust te kunnen verdragen, worden voor een
belangrijk deel bepaald door onze innerlijke staat. Daarnaast de invloed van
onze omgeving en het geloof en vertrouwen dat wij hebben. Het zou belangrijk zijn
om tijdens ons gezonde leven ons al te verdiepen in, hoe wij in een laatste
fase van ons leven een betere innerlijke balans op kunnen bouwen. En hoe een bepaalde
levensovertuiging, kennis of bepaalde technieken ons daarbij kunnen helpen. Met
andere woorden, in de laatste fase van ons leven is zeker nog veel mogelijk,
maar wellicht is het verstandiger om ons gedurende het leven al voldoende voor
te bereiden op de laatste fase van ons leven. Dat mensen in het ene geval een
ziekte goed kunnen verdragen en in een ander geval veel sedatie en
pijnbestrijding nodig hebben, is van veel factoren afhankelijk. Men moet in elk
geval doen wat nodig is om de geest van de zieke zo rustig en vredig mogelijk
te stemmen. Oordelen of bepaalde middelen wel of niet zijn toegestaan is dan
niet aan ons. Wat voor de één goed is, zegt niets over de ander.
Lijden
vanuit de voornaamste levensovertuigingen.
In het
Christendom neemt het lijden een grote plaats in. Het lijden van Jezus is
daarbij het grote voorbeeld. Door zijn lijden, dood en opstanding heeft hij zowel
het lijden als het kwaad (de zonde) van de wereld overwonnen. Het Nieuwe
Testament maakt daarin een verschil tussen lichamelijk en geestelijk lijden.
Jezus genas weliswaar de zieken, maar de nadruk van zijn werk lag op de
verlossing van het geestelijk lijden. Bij christenen is Gods ‘liefde’ sterker
dan het lijden. Bij christenen moet men altijd solidair zijn met de lijdende
medemens en is God daarbij een bron van ‘hoop, kracht en steun’. Volgens het
boeddhisme ligt de oorsprong van het lijden in ‘begeerten en hunkeringen’. In
het Boeddhisme wordt de term ‘drukkha’ gebruikt voor het lijden. Volgens het
boeddhisme is het mogelijk een einde aan het lijden te maken en is dit ook het
voornaamste doel van de Boeddha. De boeddhistische lering van de ‘Vier Nobele
Waarheden’ gaat over het lijden, de oorzaak van het lijden, het einde aan het
lijden en het ‘pad naar het einde van het lijden’. Voor de hindoes is lijden de
uitwerking van Karma en heeft dat gevolgen op de levenswijze van de mens. Het
lijden is volgens hen een gevolg van een verkeerde levenswijze in dit of het
vorige leven. De verlossing van het lijden zal komen door meditatie en door je
plicht te doen tegenover je eigen klasse of bevolkingsgroep. In de Islam heeft
lijden een plaats in het ‘plan van Allah’. De wil van Allah, de zonde en zijn
ondoorgrondelijkheid zijn de oorzaak van al het lijden. Om het lijden te doen
verzachten moet men geduldig zijn en moet men zich onderwerpen aan de wil van
Allah. Allah is hierbij de Heer over ‘leven en dood’.
Vanuit esoterische
gezichtspunt beschouwd, ligt aan elke ziekte en aan elk fysiek of geestelijk
lijden een ‘oorzaak en een gevolg’ ten grondslag. Een oorzaak en een gevolg dat
als ‘levenskarma’ ten grondslag ligt aan elk leven. Oorzaken en gevolgen die vaak
niet alleen in het huidige leven te vinden zijn, maar zelfs uit vorige levens
afkomstig kunnen zijn. Of vanuit de genen door ouders of voorouders is
overgedragen. Als een bepaalde ziekte zich manifesteert, kunnen daar dus
verschillende oorzaken aan ten grondslag liggen. Veel ziektes komen uit de
geest en kunnen het gevolg zijn van de manier waarop men met het leven heeft
geleid, maar ook de erfelijke belasting, de zogenaamde ‘zwakke’ plaatsen in het
lichaam kunnen in dat opzicht bepalend zijn. Vaak heeft men hiervoor gekozen
bij de incarnatie in het huidige leven. Men wist in de meeste gevallen bij het
incarneren, welke mogelijkheden het fysieke leven te bieden had. Het grote
probleem is echter dat veel mensen niet meer bewust weten, welke keuze men voor
de incarnatie heeft gemaakt en kunnen het daardoor ook moeilijk begrijpen. Maar
zoals gezegd, kan een bepaalde manier van leven een ziekte ten gevolge hebben.
Dat is duidelijk waarneembaar bij degenen die
een zeer ongezond leven hebben geleid, maar vaak moeilijk te begrijpen
bij een ziekte die door een ‘erfelijke belasting’ is doorgegeven. En zeker
moeilijk te begrijpen dat men in de meeste gevallen al vanuit de incarnatie voor
de ‘oorzaak en gevolgen’ in dit leven gekozen heeft. Een keuze om uit deze
ziekte een bepaalde ‘lering’ te kunnen trekken waardoor men zich, of nog in het
huidige of in een volgend leven, zich geestelijk verder kan ontwikkelen.
Ziek zijn.
Doch een
ziekte moet men niet als ‘straf’ ervaren, ziek worden is een normaal
verschijnsel. Ziek zijn is in essentie het gevolg van ‘disharmonie’ tussen lichaam
en geest. De mens schept haar ziekte veelal zelf en heeft in feite de ziekte
nodig als ‘spiegel’. Door een ziekte kan de mens zien waar zij uit harmonie is
geraakt. Doch veel mensen ervaren een ziekte als ‘straf’, als iets wat men zo
gauw mogelijk weer kwijt moet raken, om weer verder te kunnen gaan. Maar juist
daar ligt vaak een ‘vicieuze cirkel van ziek zijn en nog zieker worden’
verscholen. Men zou zich juist af moeten vragen, waarom heb ik deze ziekte en
wat kan ik ervan leren? Kan ik het accepteren, kan ik met mijn ziekte leren
omgaan? Kan ik geestelijk inzicht verkrijgen om juist te zien hoe ik mijn
ziekte kan gebruiken om andere elementen die ik nog heb, verder te kunnen
ontwikkelen? Kan men indien men aan bed is gekluisterd, juist door de stilte in
zichzelf tot een bepaald inzicht komen? Kan men, juist doordat men niet in
staat is bepaalde dingen te doen die men gewend was, inzien wat men nog wel kan
en op welke terreinen men nog iets kan doorleven? Doch men kan ook van wat
minder ingrijpende ziektebeelden, een inzicht krijgen waarom men uit harmonie
is geraakt en hoe men weer in harmonie kan komen. Ziekte is zoals gezegd
disharmonie en disharmonie kan voeren naar nog meer disharmonie in de geestesgesteldheid,
wat zijn invloed heeft op het fysieke lichaam. Doch indien men tijdig inzicht
krijgt in het ziektebeeld, kan men ook vaak instaat zijn disharmonie te
gebruiken om weer in harmonie te komen. Ziekte is nooit een straf, niet van
God, niet van mens naar mens, ziekte is een feit en betreft eenvoudig de
‘karmische’ wet van ‘oorzaak en gevolg’. De gevolgen dienen als ‘leerschool’ en
wil de betrokkene iets duidelijk maken. Als men de ziekte begrijpt, kan men
vaak tot inzicht komen over datgene wat het ‘geestelijk’ wil zeggen.
Ziekten
vanuit de geest.
Veel mensen
kunnen aan allerlei ziekten lijden die voortkomen uit de geest. Te denken valt
aan allerlei vormen van fobieën, dwangneurosen, psychosen, depressies en welke stoornissen dan ook, die in de psyché van de
mens voor kunnen komen. In de meeste gevallen ligt aan de ziektebeelden een bepaalde
mate van ‘angst’ ten grondslag. Deze angsten manifesteren zich op verschillende
niveaus. Hetgeen echter een complex gegeven is, aangezien niet alle ziekten uit
het huidige leven voort hoeven te komen. Het kan zijn dat een bepaalde ziekte
vanaf de geboorte al ‘karmisch’ bepaald was, waardoor men de mogelijkheid krijgt ‘angsten’
in het huidige leven te ‘doorleven’ en over een bepaald proces dat in een vorig
leven heeft plaatsgevonden, in dit leven controle te kunnen krijgen. Indien
deze ‘angsten’ door verkeerde keuzes die men maakt versterkt worden, dan zal de
‘antikracht’ die overal en voortdurend aanwezig is, hier zeker zijn invloed in laten
gelden. De ‘antikracht’ zal zorgen dat deze angsten zich zullen versterken,
waardoor zij zich nog meer aan de angst zullen verbinden en daardoor de
betrokkene in zijn geestelijk welbevinden in gaan ‘kapselen’ en in bezit willen
nemen. Zoals gezegd, ligt angst vaak ten grondslag aan het ziektebeeld en komen
uit deze angsten, gelieerd aan negatieve krachtvelden, verbindingen tot stand
die weer andere ziektebeelden op kunnen roepen. Juist het inzicht in een
bepaalde stoornis, kan maken dat men de angst die erachter schuil gaat, kan herkennen
en van daaruit een genezingsproces op gang kan brengen, om juist de angst te
definiëren en de betrokkene te leren omgaan met deze angsten. Maar niet altijd
zal men voor deze angsten een basis in het huidige leven kunnen vinden. Soms
zal men deze angsten moeten vinden doormiddel van ‘regressietherapie’, door terug schouw in een
vorig leven van de betrokken persoon. Mogelijk is het om juist op deze wijze
angsten op te lossen of te herkennen en de betrokkene op deze manier een
leidraad te geven, hoe men het beste met de angsten om kan gaan. Veel heeft te
maken vanuit welke ‘verbindingen’ er bepaalde ‘krachten’ zijn ontstaan, hoe bepaalde
angsten daarvan het gevolg zijn en hoe de geestelijke geaardheid van de persoon
in kwestie in elkaar steekt.
Het
genezingsproces ligt dus zoveel mogelijk in het feit om inzicht in het
ziektebeeld te kunnen geven, waar ‘angsten’ op gefundeerd zijn en hoe men het
beste met deze angsten om kan gaan. Het laten zien dat juist door deze angsten
mensen in staat kunnen zijn, bewust of onbewust contact te leggen met die
krachtvelden om hen heen, die in negatieve zin als geestelijke krachten werken. Deze geestelijke
krachten zijn zeer realistisch en worden ook zeer realistisch door de persoon
in kwestie beleefd. Deze krachten hebben soms gedaanten zoals ze horen bij de
angst die fundamenteel ten grondslag ligt. Sterke angst voor vuur zou het
gevolg kunnen hebben dat men op een bepaalde manier ook met krachten in
aanraking kan komen, die met het element vuur te maken hebben. Hetzelfde geldt
voor verdrinkingsangst. Angst voor sterven zou tot gevolg kunnen hebben, dat
men krachten oproept die contact vanuit hun energieveld kunnen hebben, met
alles wat met het element sterven te maken heeft. Zo zullen verschillende
krachtvelden zich ook op verschillende wijze manifesteren, behorend bij de
persoon die deze angst in kwestie heeft. In deel 2 zal verder op deze onderwerpen in worden gegaan.
Zie voor een deel van de gepubliceerde verhalen tevens de website:
www.alles-is-liefde.nl
Inspiratie: Par Lanto. Steve Rother. Benjamin Creme. Het internet.
Zie voor een deel van de gepubliceerde verhalen tevens de website:
www.alles-is-liefde.nl
Inspiratie: Par Lanto. Steve Rother. Benjamin Creme. Het internet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten