Lichtfrequentie.
Voorwoord
Zoals eerder
omschreven is alles energie, is alles frequentie en leeft de mens als
energetische wezens in een wereld van trillingen met een verscheidenheid aan
frequenties. Elk individu heeft een eigen trillingsgetal en indien men zijn of
haar eigen vibratie verhoogt, ervaart men het leven doorgaans met meer gemak en
in overeenstemming met de voorgenomen bestemming of doelstelling, dan wanneer
men de eigen vibratie (wellicht onder invloed van bepaalde omstandigheden)
sterk zou verlagen. Ondanks alle ellende en lijden in de wereld neemt
spiritueel gezien het Licht in de wereld nog steeds gestaag toe. Waardoor
buiten alle brandhaarden die er in de wereld zijn om, toch ook een groot deel
van de mensheid in vrede met elkaar samenleeft. Dat het Licht gestaag toeneemt,
komt niet in het minst door de vele (Licht) kinderen, die met een specifieke
opdracht naar de Aarde komen. Deze kinderen met een hoge ‘Lichtfrequentie’
incarneren over de hele wereld, verspreid in alle lagen van de samenleving.
Deze kinderen zijn werkzaam vanaf het moment van hun geboorte en hoeven door
hun aanwezigheid er alleen maar te ‘zijn’. Hun trillingsgetal is zeer hoog en
alleen al door hun aanwezigheid neutraliseren zij negatieve energie in hun
directe omgeving. Al deze kinderen kiezen welbewust voor hun incarnatie om het
Licht in de wereld te verspreiden. Met elkaar vormen zij een netwerk van ‘Licht
en Liefde’ en komen zij van overal uit de Kosmos. Hun doel is om de mensheid
over de drempel van de oude naar de nieuwe energie (Aquariustijdperk) te
helpen. Deze Lichtkinderen komen in golven en vormen gradaties in frequentie
die bij elke volgende incarnatie oploopt.
Neutraliseren
van haat.
Veel zielen
die er voor kiezen om negatieve energie en vastzittende haat te neutraliseren
in hun incarnaties op Aarde, komen vanuit wonderschone werelden (sferen) van
Licht. Een klein aantal van hen gaan slechts voor korte tijd om (na het
volbrengen van hun opdracht), weer terug te keren naar de Lichtsfeer waar zij
van afkomstig waren. Zij keren dan terug naar het ‘tempelcomplex’ in hun
Lichtsfeer waar vanuit zij zich weer voorbereiden op een volgende incarnatie.
Deze Lichtwezens zijn pure Liefde. Eén van hen, een jongen die op Aarde ruim
twee jaar was geworden vertelde aan een bekend medium en schrijfster het
volgende verhaal:
Doordrenkt
van haat.
‘Ik koos
voor een familie waar de haat zich diep had vastgezet. Het was een ingevreten
corrosie. Zij wisten niet meer wat een leven was zonder haat. Het was een leven
in Amerika. Als men het woord haat noemt, dan denkt men misschien aan extreem
gedrag, maar zo was het niet. Deze haat was oud en zodanig geïntegreerd dat het
een manier van leven was geworden, al generaties lang. In elke gedachte en
handeling was deze oude haat van generatie tot generatie een eigen leven gaan
leiden. Bij deze familie ging het vooral om alles wat anders was. Een wij tegen
zij. In alle geledingen van het leven speelde ‘gescheidenheid’ een rol. Alles
wat anders was, werd veroordeeld en met haat benaderd. Hij vertelde: ik
incarneerde kort na 11 september 2001. Het hele land was in rep en roer en het
‘wij tegen zij’ was het gesprek van de dag. Het hield het hele land in zijn
greep, of beter gezegd de hele wereld. Ik incarneerde welbewust en ik was
anders. Ik werd geboren met het ‘Syndroom van Down’. Mijn ouders waren jong,
hoog opgeleid en dikke tweeverdieners. Zij kwamen uit families waar de haat een
‘ingevreten’ fenomeen was. Op een moment dat veel instortte in Amerika, stortte
hun wereld ineen met met mijn komst. Kort na mijn geboorte moest ik een aantal
operaties ondergaan. Mijn ouders probeerden mij te negeren en ‘weg te stoppen’.
Ik mocht er niet zijn. Mijn moeder duwde mij weg en mijn vader keerde zich van
mij af. Zij toonden mij niet aan hun vriendenkring en gingen nooit met mij
wandelen. Open als ik was, nam ik elke gedachte van hen waar. Mijn vader heeft
een aantal malen een kussen in mijn ledikantje gelegd in de hoop dat ik zou
stikken. In die tijd had hij mij nog maar amper in zijn armen gehouden. In zag
en voelde zijn strijd. Hij haatte mij om mijn anders zijn, mijn ‘imperfectie’
zoals hij dat zag. Mijn moeder zocht koortsachtig naar een goed tehuis en
beweerde niet voor mij te kunnen zorgen. Zij bracht mij bij mijn grootouders en
wierp zich op haar werk en was weinig thuis. Bij de grootouders was het ‘het
zelfde laken een pak’ en ook de andere kinderen in de familie en overige
familieleden reageerden met afschuw en afwijzing op mij.
Kansen laten
liggen.
Uiteindelijk
namen zij een verzorgster in dienst, een wat oudere vrouw van Mexicaanse
afkomst. Zij praatte met mij en verzorgde mij. Zij zong liedjes voor me. Deze
Mexicaanse schaamde zich een beetje voor haar werkgevers, die zo liefdeloos met
hun zoon en kleinzoon omgingen. Maar altijd was daar mijn geestelijke Gids
vanuit de Geestelijke Wereld, die nooit van mijn zijde week. Ik was mij
volledig bewust van zijn aanwezigheid en voelde mij gesteund in mijn missie. Op
moeilijke momenten waren er meer begeleiders, dat was belangrijk voor mij. In
het ziekenhuis, waar veel ouders bij hun zieke baby bleven, was ik alleen met
het verplegend personeel. Zij waren warm en liefdevol voor mij. Hun
‘waarachtigheid’ werd door mij gevoeld en gezien. Mijn ouders lieten het
geschenk liggen dat hun gegeven was. In de maanden dat ik in en uit het
ziekenhuis ging, spitste de toestand in Amerika zich toe. De haat ten opzichte
van ‘anders zijn’ laaide op in deze grote familie. De ‘oorlog tegen het
terrorisme’ vormde het gesprek van de dag. Ik werd soms erg verdrietig als ik hun
negatieve energieën met elkaar zag vermengen. Waren de mensen zich maar bewust
dat elke jonge baby het energieveld van de mensen om hem of haar heen kan zien.
Alleen het energieveld van mijn Mexicaanse nanny was prettig om te zien en te
voelen. Op een bepaald moment kreeg mijn vader echter een ernstig auto-ongeluk.
Hij raakte zwaar gewond en leek het ongeval niet te overleven. Hij kreeg een
BDE (bijna-doodervaring) en lag een week in coma. Juist in die periode kon ik
hem echter bereiken. In de geest stelde hij zich open voor mijn liefde. Later
wist hij niet goed of onze gesprekken een droom of echt waren geweest. De grote
familie beleefde een angstige tijd en bracht veel tijd aan zijn bed door. Er
gebeurde veel in die tijd. Mijn vader was hun jongste zoon en de oogappel van
de familie. Toen hij ontwaakte uit zijn coma was het eerste dat hij vroeg om
zijn zoon te mogen zien. Zijn ongeluk en zijn BDE hadden hem veranderd. Direct
hierna begon hij te spreken over zijn ‘bijna-doodervaring’ en zijn gedachten
daarover.
Het besef
drong tot hem door.
Het was nog
geen tijd om dood te gaan, er lag nog een taak, zo was zijn diepgaande
overtuiging. Hij besefte nu dat ik niet voor niets op zijn pad was gekomen en
begon letterlijk aan een nieuw leven. Zijn bijna-dood ervaring leerde hem dat
hij zijn houding ten aanzien van ‘anders’ zijn diende te veranderen. Tijdens de
week van zijn coma verdiepte deze boodschap zich. Wat hij aan het einde van de
tunnel had ervaren, had een verandering op diepgaand niveau teweeggebracht. Hij
pakte de inzichten op die hem gegeven waren. Zijn fysiek herstel duurde een
jaar. Naast mijn Mexicaanse nanny zorgde hij ook voor mij, we hadden elkaar
ontdekt en ik hoefde alleen maar te ‘zijn’. Langzaam begon mijn moeder mij te
accepteren. Zij trad in contact met andere ouders van kinderen met het Syndroom
van Down. Zij begon heel langzaam te begrijpen dat deze kinderen Licht
binnenbrengen, onvoorwaardelijke liefde. Er is veel doorgegeven materiaal
hierover en voorzichtig begonnen mijn ouders ook hierin te lezen. Op mijn
tweede verjaardag was er in de familie een duidelijke verandering te bespeuren.
Men speelde met mij en mijn grootmoeder nam mij steeds vaker op haar schoot. Ik
kreeg ook prachtige cadeaus. Het was een fijn verjaardagsfeest. Toen hun
acceptatie volledig was, overleed ik aan een acute hartstilstand. Ik was twee
jaar en drie maanden geworden. De ontreddering was groot maar de verandering
die zij allen op zielsniveau zo graag wensten, was ingezet.
Gevoeliger
en opener.
Mijn vader,
die na zijn BDE gevoeliger en opener was geworden, kon ik na mijn stoffelijk
vertrek bereiken. Ik bezocht hem een aantal malen terwijl hij in bed lag. Ik
liet mij zien zoals was in mijn leven als zijn zoon. Mijn bezoek was een troost
voor hem. Bij mijn laatste bezoek liet ik mij zien zonder de gelaatstrekken van
het Syndroom van Down. Hij wist dat ik het was, hij huilde. Later is hij
hierover gaan lezen en besefte hij beetje bij beetje dat mijn ziel heel was. Na
zijn ernstig ongeluk dacht hij veel na over ‘anders’ zijn, vooral toen het erop
leek dat voorgoed gehandicapt zou zijn. Hij herstelde langzaam maar
voorspoedig. Veranderingen gaan soms heel plotseling, zoals bij een BDE en een
dergelijk ongeluk. De rest gaat soms langzaam. Het is geen knop die je
omdraait. Dit is een proces van een hele groep zielen en zoals het zo vaak
gaat, trekt de één de ander mee. Hun verandering gaat geleidelijk aan verder. Al
met al is dit een ingrijpend verhaal, volstrekt authentiek en kan men grote
bewondering hebben voor de ‘Lichtkinderen’, die er vrijwillig voor kiezen om
als katalysator en transformator te dienen voor vastzittende negativiteit bij
bepaalde families. Hun liefde en licht is groot. In toenemende mate groeit het
inzicht op Aarde over de grote invloed van deze kinderen. En ook al hebben zij
verschillende namen als ‘Nieuwe Tijdskinderen, Lichtkinderen of
Kristalkinderen’, zij komen allemaal in opeenvolgende golven van incarnaties en
dienen allen hetzelfde doel: ‘heelheid’. Wanneer zij terugkeren naar de
Lichtsferen waar zij vandaan kwamen is de vreugde, het enthousiasme en
dankbaarheid over hun volbrachte taak niet te beschrijven. Zoals eens eerder op
deze Blog vermeld is, is geen leven tekort geleefd en is al lang tevoren alles
al in het incarnatie-/ levensprogramma opgenomen.
De kindersfeer.
In de eerdere
verhalen over de ‘Lichtsferen’ is onder andere geschreven over de ‘kindersfeer’
(4e sfeer van het Licht). Deze sfeer vertegenwoordigt de eerste
sfeer van het ‘Zomerland’. Kinderen die beneden de zes jaar komen te overlijden
worden op buitengewoon liefdevolle wijze opgevangen in deze sfeer. Het heet
weliswaar de ‘kindersfeer’ maar dat sluit natuurlijk niet uit dat er ook veel
volwassenen zijn, die in deze sfeer hun verdere ‘geestelijke’ ontwikkeling
vervolgen. Het landschap in deze sfeer bestaat uit veel verspreidt liggende
‘nederzettingen’, die door prachtige natuur omgeven zijn. Nederzettingsvormen
waar men in overzichtelijke groepen bij elkaar woont en in volslagen harmonie
met elkaar samenleeft. In of nabij deze nederzettingen bevindt zich bebouwing
die veelal ter ‘educatie, meditatie of voor verdere geestelijke ontwikkeling’
van de bewoners dient. Deze bebouwing bestaat doorgaans uit prachtig
vormgegeven ‘tempels of kathedralen’, die op harmonische wijze zowel in de
vrije natuur of in de buurt van de nederzettingen in de ‘omgeving’ zijn
ingepast. Bij een van deze tempels spreekt men over de ‘universele school of
universiteit’. In deze universele school bereiden de fijnstoffelijke entiteiten
zich voor om in een fysiek aards bestaan te gaan leven en te werken. Overigens
maakt men in deze sfeer geen gebruik meer van de gesproken taal zoals wij dat
op Aarde kennen, maar communiceert men direct met de innerlijke ‘levensbron’
van de ander. Twee levens ‘vloeien’ tijdens de communicatie als ‘vloeistof’ in
elkaar over en begrijpt men direct wat de ander bedoelt. Er zijn veel zielen
die zich voorbereiden de nieuwe aarde te gaan bevolken, goed voorbereid op de
taken die zij op zich nemen. Het zijn de Nieuwe Tijdskinderen vanuit diverse niveaus
van ‘Zijn’. Kinderen vanuit verschillende Sterrenvolkeren afkomstig en oude
‘zielen’ vanuit de evolutie van de mensheid. Een deel van deze zielen hebben
hun aardse levenscyclus al afgerond en zijn vrij in hun keuze om wel of niet op
de aarde te incarneren. Deze kinderen bezitten een grote zielswijsheid. Veel
van deze zielen incarneerden in een ketting van levens, vaak verbonden met
zielen van hun eigen zielenfamilie. Sommigen daalden zeer diep af in de materie,
beoefenden een scala van beroepen en waren vaak leraren en ouders. Niets is hen
vreemd, dit alles maakt dan ook deel uit van hun totale zielservaring. Een
aantal van deze Nieuwetijdskinderen leeft kort. Ze gaan na hun overgang naar
een andere plaats om het Grote Plan te dienen, of keren weer terug in een
menselijke incarnatie. Deze dienstbaarheid is een uitvloeisel van de
geestelijke staat van de ziel. Naarmate wij verder groeien, wordt het grote
belang van allen méér dan het eigen belang. Door het grote geheel te dienen
dien je jezelf.
De
universele school.
Het volgende
verhaal over de vierde Lichtsfeer wordt verteld door iemand die de ‘universele school’
in deze sfeer bezoekt en vertelt uitgebreid wat zij daar allemaal tegenkomt. Zij
vertelt: ‘We kwamen in een ruime hal van grote schoonheid, als een antieke
tempel. Vierkant, hoog en ruim. De zacht vibrerende wanden werden van binnenuit
verlicht. Aan de breedste zijde was de ruimte open. De vloer was in een
bloemenpatroon gemaakt van zacht kristal. Aan de buitenste randen liep een
blauwe baan van een lichtdoorlatend materiaal, als een lichttapijt. Over de
hele lengte van de open zijde bevonden zich ronde, zandkleurige pilaren. Naar
buiten waren traptreden van wit kristal die naar een lichtblauw pad leidden’.
Zij vertelt verder: ‘Ik liep naar de open zijkant en zag een prachtig begroeide
tuin van grote schoonheid, met bloemen in vele kleuren, met struiken en bomen.
Ik zag kinderen spelen met een schijf die als een ‘lichtflits’ van de een naar
de ander werd gegooid. Zij verplaatste zich met gedachtekracht en het spel van
deze kinderen verliep dan ook anders dan dat het op aarde zou gaan. Om de
flitsende schijf te pakken, sprongen ze omhoog om vervolgens met een sierlijke
sprong weer op de grond te komen. De spelende kinderen leken zelf wel
lichtflitsen. Ze renden langs elkaar heen en schoten weer omhoog, reikend naar
de flitsende schijf. Met grote behendigheid speelden zij hun spel. Zij lachten,
maakte lol en hun gezamenlijke plezier werkte aanstekelijk. Toen het spel uit
was, rolden ze door elkaar heen van het lachen. Er werd wat geduwd en getrokken
en ze begonnen aan nieuw spel. Twee meisjes met lange haren zaten elkaar
achterna en probeerde elkaar kennelijk te pakken. Ze renden door de prachtig
aangelegde tuin. Een van hen sprong behendig over een laag muurtje. Het andere
meisje nam een aanloop, ‘vloog’ enkele meters omhoog en zweefde als het ware achter
het eerste meisje aan. Even later zag ik ze wat verderop samen teruglopen naar
de bloementuin en het speelveld. Vier jongens zaten aan een lange buitentafel.
Het spel dat zij speelden bestond uit een vierkant bord van lichtblauw
transparant materiaal, met daar bovenop ronde platte schijven in een iets
diepere kleur blauw. Er waren ook dikkere schijven met nog donkere tinten.
Tussendoor zag ik figuurtjes op de stenen die op dieren leken. Ik zag de
spelers in diepe aandacht verzonken met de speelstukken schuiven, alsof het een
soort damspel betrof. Verderop in de tuin, onder een immens grote boom, waarvan
de takken als sluiers naar beneden hingen, zat een groep kinderen bij elkaar in
een cirkel op de grond. Onder de boom zat hun leraar, ik zag hem communiceren
met grote handgebaren. Een van de kinderen lag op zijn buik aandachtig te
luisteren, het hoofd steunend op zijn handen. Een meisje lag op haar rug met
open ogen aandachtig te luisteren. Een wonderlijk klasje bij elkaar’.
Specifieke
studies.
De
bezoekster van deze sfeer vertelt verder: ‘Deze kinderen blijken zich bijna allemaal
voor te bereiden op hun nieuwe incarnaties op aarde. Sommigen van hen zullen in
moeilijke gebieden op aarde geboren worden. Spelen is een zeer belangrijk
onderdeel hier. Het is pure training, maar wel op een aangename wijze. Zij
vertelt: kleine kinderen die op aarde overgaan, komen altijd in de kindersfeer
terecht, waar zij altijd een individuele verzorging krijgen. Ze groeien daar
verder, leren, studeren en bereiden zich vaak al binnen enkele aardse jaren of
soms al eerder, voor op een nieuwe incarnatie. De kinderen waar het hier om
gaat hebben allemaal al een zielsafstemming op het hoogste licht en hoeven in
principe niet meer te incarneren. Zij doen dit vanuit de eigen vrije keus, met
heel specifieke taken. Het zijn hoge entiteiten die bewust gekozen hebben voor
de zeer hectische tijd die de mensheid momenteel doormaakt. Zij doen dit door
korte levenscontracten aan te gaan en niet al te lang op aarde te vertoeven.
Zo’n groep zie je hier nu met elkaar spelen en leren. Maar er zijn ook een
aantal van deze kinderen die er niet voor kiezen om spoedig te incarneren, maar
blijven in de lichtsferen om er te gaan werken. Zij worden leraren of
begeleiders voor anderen. Zij verenigen zich met hun andere Zelven, hun
‘multidimensionale Zelven’ en werken vervolgens vanuit dit grotere Zielenwezen.
De kinderen die men hier ziet spelen, komen en gaan vanuit diverse sferen. Dit
is een universele school met heel specifieke studies. In niets te vergelijken
met een universiteit of hoge school op aarde. Elk studiedeel ontvangen zij in
een kleine groep van ongeveer twaalf studenten of minder. De leraar van die
groep houdt zich ook individueel bezig met zijn of haar leerlingen. Sommigen
krijgen aanvullende lessen specifiek voor dat terrein van leven en werken waar
zij heen gaan. Dit zijn allemaal oude wijze zielen met een grote innerlijke Liefde
en Kracht. Worden deze kinderen op aarde geboren dan blijft deze hoge energie
zichtbaar voor hen die dat kunnen ‘zien en kunnen voelen’. Hun uitstraling is
licht en warm en alleen al hun aanwezigheid op de plaats waar ze incarneren,
kan voor een grote verandering zorgen. Veel van deze kinderen blijven volledig
buiten beeld en zullen het ‘leven’ leven door er alleen al te Zijn. Op de
plaats waar ze terechtkomen, planten ze licht en geven velen in hun omgeving de
kans zich daaraan op te trekken. Het blijft wonderlijk hoe dat werkt’.
Inspiratie:
‘Een cirkel doorbroken’, Thea Terlouw.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten