De mens in
de nieuwe tijd.
Er bestaat
geen twijfel dat de mensheid zich in een verbazingwekkend hoog tempo aan het
ontwikkelen is. Niet alleen op het ‘technologische en maatschappelijke’ vlak,
waardoor er wereldwijd al over een zeer hoog beschavingsniveau gesproken kan
worden, maar ook op het geestelijke vlak
is het menselijk ‘bewustzijn’ sterk aan het veranderen. Vanuit geestelijk perspectief beschouwd, is bij de gemiddelde
mens de ‘Ziel’ in tien jaar tijd meer vooruit gegaan, dan in gemiddeld tien
voorliggende mensenlevens. Dit heeft in essentie alles te maken met
‘energiefrequentie’, ofwel met de energie van het reeds binnentredende ‘Aquariustijdperk’. Een energie als van de ‘Zon’
die opkomt en de mens in het hart verwarmt. Een energie die ‘Liefde’ heet en
die gedeeld wordt zonder enig voorbehoud. Zo zal de geestelijke ‘Zon’ in het
komende tijdperk geleidelijk aan steeds hoger klimmen en de mens meer ‘Licht’
gaan geven, vooral voor al degenen die het willen ontvangen en het willen delen
met anderen. Degenen die het ‘Licht’ niet willen ontvangen, zullen zich gaan
verschuilen in de ‘duisternis’ en proberen hun strijd daar uit te vechten. Doch
naarmate het ‘Licht’ toe zal nemen, zal de negatieve energie navenant ook
toegaan nemen, waardoor ‘strijd en wreedheid’ op bepaalde plaatsen zich nog sterker
zal manifesteren. Maar het ‘negativisme’ zal in de nieuwe tijd geleidelijk aan
minder worden en zal er uiteindelijk toch overal meer ‘Licht’ gaan schijnen. Daardoor
zal de mens in de nieuwe tijd een ander mens gaan worden. Niet meer een mens
van alleen maar ‘competitie’, maar een mens dat op zoek gaat naar een vorm van ‘Eenheid’.
Zich ook meer ‘Een’ gaat voelen met de goddelijke ‘bron’ waarvan de mens
afkomstig is. Alsmede het zoeken naar het ‘Een’ met elkaar zijn in ‘liefde, verbroedering
en het samen delen’. Niet meer een mens van alleen maar ‘beter weten en sneller
willen zijn’. Doch een mens die van elkaar wil leren en wil ervaren, die elkaar
wil verbeteren ten diensten van elkaar. Zo zal geleidelijk de wereld veranderen
en komen er steeds meer mensen met een intuïtieve persoonlijkheid en incarneren
er steeds meer kinderen die intuïtief begaafd zullen zijn. Kinderen met een enorme
hoeveelheid aan ‘kennis en inzicht’, opgedaan uit een lange reeks incarnaties
en zelfs vanuit andere Zonnestelsels. Deze kinderen die zeer begaafd ter wereld
zullen komen, zullen uiteindelijk de nieuwe wereld in het ‘licht van het
Aquariustijdperk’ gaan realiseren. Een tijdperk van tweeduizend jaar, dat na een
aantal eeuwen geleidelijk zonder ‘oorlog, pijn en verdriet’ zal existeren en
waar men eerlijk en oprecht zal zijn. Een tijdperk waar men met echte ‘liefde’
tegenover de medemens zal staan en elkaar in elk opzicht zal ondersteunen. En
waar de maatschappij en samenleving overeenkomstig dezelfde waarden ingericht
zal worden. Een tijdperk dat in veel ‘heilige’ geschriften als het ‘komende paradijs
op Aarde’ wordt omschreven. Wat echter metaforisch opgevat dient te worden,
maar esoterisch gezien wel degelijk een grote kern van waarheid bevat.
Negatieve
krachten.
De vraag
doet zich voor of kinderen ook beschermd worden tegen al het negativisme en de
negatieve krachten die er alom heersen. Vanuit geestelijk opzicht is dat echter
niet het geval. Kinderen genieten vanuit
de ‘geest’ in beginsel niet meer bescherming dan een volwassene. Of men nu een
kind is of een volwassene, een feit blijft dat de persoon in kwestie een
‘geestelijk wezen’ is dat in een aards lichaam woont. Het enige verschil is dat
een baby zich nog niet bewust is van het komende leven. De bescherming van het
nog onbewuste kind zal dan hoofdzakelijk van de ouders moeten komen. De
bescherming van grotere kinderen en van volwassenen wordt in feite gevormd door
het individu zelf op een ‘lager bewustzijnsniveau’. Met andere woorden, het
‘hoger bewustzijn’ van het individu is vanuit de geest altijd en overal
beschermd. Een negatieve kracht of entiteit kan geen invloed uitoefenen op het
‘hoger bewustzijn’ (in essentie, het incarnerende deel van het wezen). Doch het
‘lager bewustzijn, onderbewustzijn en het dagbewustzijn’ kunnen echter wel
beïnvloed worden. Doch indien dat beïnvloed wordt heeft het individu al of niet
bewust, de ruimte gecreëerd om dat tot stand te brengen. Met andere woorden,
als een bepaald persoon positief is afgestemd, zal hij of zij zeker een
positieve kracht of bescherming aantrekken. Indien iemand van nature negatief
is afgestemd, dan zal zo iemand gemakkelijker negatieve krachten aan kunnen
trekken. Daarom blijven negatief ingestelde personen ook vaak negatieve
krachten aantrekken, waardoor zij eerder in een neergaande ‘spiraal’ terecht
kunnen komen. Al naar gelang de mens is ingesteld, zal het navenant ook de
krachten aantrekken die met zijn instelling overeen komt. Zeer weinig mensen
hebben een wezenlijk negatieve instelling bij de geboorte. Vandaar dat er
weinig of geen kinderen ‘bezeten’ raken door negatieve krachten. Doorgaans
krijgt men dat pas na enige tijd. Vaak is het zo, dat wanneer een kind wat
ouder is en leert begrijpen, leert denken en leert beredeneren, er vanuit een
bepaalde positie in de directe omgeving er veel negativiteit wordt
aangetrokken. Wanneer die negatieve krachten niet opgeheven worden, dan zal het
kind daardoor beïnvloed kunnen worden en die energie naderhand niet zo snel
meer kwijt kunnen raken. Waardoor het kind een negatieve instelling krijgt, wat
geleidelijk aan het karakter vormt. Anders is het wanneer het kind in een omgeving
verkeert waar men hoofdzakelijk positief is ingesteld en het kind met alle
‘liefde van de wereld’ omringd. In zo’n omgeving is een kind vaak onschuldiger
van aard, doet veel dingen vanuit een onschuldig geweten en vanuit een
onschuldig begrip. In zo’n omgeving zal het kind zich doorgaans ook positief en
evenwichtig kunnen ontwikkelen. Dit is in feite de kern van alle goed en kwaad.
Het is de ‘aantrekkingskracht’ van de mens zelf in de omgeving waar men als
kind in terecht komt en ook groot gebracht wordt.
Omgaan met
geweld.
Als een
onschuldig kind plotseling met geweld geconfronteerd wordt, is dat dan karmisch
bepaald of kon dat voorkomen worden? Het antwoordt zit echter wat
gecompliceerder in elkaar. Vanzelfsprekend heeft de mens een vrije wil. Een
vrije wil dat eeuwig is en tot het recht van de geest behoort. Ook een kind
heeft vanaf de geboorte een vrije wil. Wanneer een kind, evenals een volwassene
iets ergs overkomt, dan is dit niet omdat men er voor gekozen heeft dit mee te
willen maken. Maar ‘indirect’ bestond die mogelijkheid echter wel. Plotseling
geconfronteerd te worden met geweld en de ‘lering’ daaruit, kan op
verschillende geestelijke niveaus hebben plaatsgevonden. Een kind dat vanuit de
vrije wil kiest om een bepaald pad te gaan en daar geconfronteerd wordt met
geweld, zal indien dit niet ‘karmisch’ vastgelegd is, zeer zeker worden
gewaarschuwd vanuit de intuïtie en door zijn of haar geestelijke
‘levensbegeleider’. Indien zo een kind of volwassene in het algemeen goed in
staat is de intuïtie te volgen, zal hij of zij de keuze maken om die stap niet
te zetten. Indien men intuïtief heeft geweten welk gevaar er dreigt, dan zal
men op een andere wijze ook kunnen leren om te gaan met geweld. Daarmee is niet
gezegd dat men geweld altijd zal kunnen ontlopen. Wel is er de mogelijkheid,
indien men intuïtief een goede verbinding heeft met de geestelijke
‘levensbegeleider’, dat men door de inspiratie en het aanvoelen van gevaar,
bepaalde confrontaties zou kunnen ontlopen. Maar de ‘leerschool’ op het
geestelijke vlak, indien dat ‘karmisch’ is vastgelegd, zal men nimmer kunnen
ontlopen. Vanuit geestelijk opzicht is het niet zo, dat onschuldige mensen in
verschrikkelijke oorlogen het slachtoffer zouden moeten zijn van geweld, maar
de geestelijke ‘leerschool’ van het betreffende geweld zal ‘karmisch’ zeker
zijn vastgelegd. De mens heeft ten allen tijde de mogelijkheid van keuze. Ieder
mens ziet dat hij geconfronteerd kan worden met geweld, fysiek geweld of
geestelijk geweld. Karma, dat is vastgelegd als ‘leerschool’ voor de mens, kent
verschillende niveaus. Men kent het ‘individueel karma, het groepskarma, het
landskarma of het wereldkarma’. Al deze verschillende karmische niveaus hebben
verschillende werkingen.
De werking
op het gebied van ‘wereldkarma’ is zo veelomvattend en zo massaal, dat de mens
zich daar moeilijk aan kan onttrekken. Indien een land in oorlog gaat, raakt
men automatisch ook betrokken bij het geweld van dat land en kan men zich hier
moeilijk aan onttrekken. De gevolgen zullen dan als ‘landskarma’ worden
beleefd. Indien men kiest om in bepaald land te incarneren, dan kiest men ook
voor de ‘karmische’ aspecten van dat land. Bewust weet men dit niet meer, maar
men heeft wel gekozen voor de levensloop van de verbinding naar het
‘landskarma’ in dit geval. Evenzo kan
men in het leven geconfronteerd worden met veel negatieve factoren, die te
maken hebben met keuzes in situaties van ‘leven en dood’. Indien een kind
daarmee geconfronteerd wordt, zijn het wel de ‘duistere’ krachten die hier
achter zitten en zal het kind het als een gevaar op zijn weg tegen kunnen komen.
Vanzelfsprekend wordt ieder mens intuïtief door zijn of haar geestelijke
‘levensbegeleider’ gewaarschuwd voor gevaar, maar als men niet luistert naar de
mogelijkheden die hierin geboden worden en de keuze die men doorgaans heeft,
dan zal men het gevaar tegemoet gaan. Niet als straf maar als een automatisch
gevolg, juist door de vrije keus van de mens. Ieder mens heeft nu eenmaal door
zijn eigen ‘vrije wil’ de keus om bepaalde stappen te ondernemen. Zijn of
haar intuïtie bepaalt uiteindelijk welke
richting er ingeslagen wordt.
Fysieke aanpassing.
Voor kinderen is de wereld van het aardse bestaan een vreemde wereld. Zij worden vanuit de ‘kosmos’ in onze wereld geboren, een wereld die voor hen net zo vreemd is, als dat men vanuit het fysieke bestaan ‘na het leven’ opstijgt naar de Geestelijke Wereld. Anders gezegd, een bepaalde gewenning is nodig om zich aan te kunnen passen. Deze aanpassingsfase vanuit de ‘kosmos’ naar de Aarde is over het algemeen de tijd, waarin het kind zoekt naar verbinding met stoffelijke vormen. Wat betekent dat kinderen over het algemeen een grote ‘leegte of ruimte’ voelen, die zij in de ‘kosmos’ gewend waren. En ook de aandrang voelen zich te willen bewegen zonder dat zij daarvoor de noodzakelijke fysieke kracht moeten gebruiken. Deze energieën zijn duidelijk afkomstig vanuit andere dimensies dan die van de Aarde. Dit zijn ‘krachtvelden’ waarin het ‘wens- of aandachtspatroon’ de mogelijkheid schept tot het verplaatsen van de geest, wat men normaal gesproken via de fysieke vermogens op Aarde niet kan. Een duidelijk voorbeeld van dit ‘wens- of aandachtspatroon’ is overigens bij de tegenwoordige jeugd te vinden, in de nieuwe amateursport van ‘Street- of Free running’. Een sport waarin zeer lenige jeugd de meest ondenkbare bewegingen, salto’s en capriolen uithaalt, die voorheen fysiek voor onmogelijk werden gehouden. Ook bij ‘breakdancing’ en andere vormen van ‘hip hop’ stijlen, is duidelijk de behoefte te vinden om zich op bijna ‘kosmische’ wijze te willen bewegen of te willen verplaatsen zonder daarvoor al te veel fysieke kracht te moeten gebruiken. Een wijze van beweging die een ieder voor de incarnatie in onze wereld, in de ‘kosmos’ zonder al te veel moeite kon verrichten. Deze bijzondere jeugd weet kennelijk gebruik te maken van de energieën die vanuit andere dimensies afkomstig zijn, welke behoefte duidelijk vanuit hun vroegste jeugd afkomstig is. Op een hoger geestelijk niveau blijft dit ‘wens- of aandachtspatroon’ voor een ieder echter wel bestaan. Steeds zal men tijdens nachtelijke ‘uittredingen’ in diepe slaap uit het lichaam treden. Dit komt bij iedereen voor zonder dat men dat merkt. Steeds weer zal men soms bewust maar veelal onbewust in de geest reizen naar verschillende dimensies en naar verschillende plaatsen op Aarde. Het kind heeft over het algemeen nog een vaag bewuste herinnering aan zijn ‘kosmisch’ bestaan en wil dientengevolge handelen alsof hij of zij nog in de ‘kosmos’ aanwezig is. Men begrijpt dat deze gewenning enige tijd in beslag neemt en men ziet dan ook vaak dat naarmate de verbinding naar de ‘kosmos’ geleidelijk aan afneemt, het opgroeiend kind ook meer went aan zijn aardse leefomgeving.
In deel drie
over Kinderen zal verder in worden gegaan op de verschillende spirituele
aspecten rond dit onderwerp.
Inspiratie: Par Lanto. Alles over Liefde, Lisa Appignanesi. Het internet.
Inspiratie: Par Lanto. Alles over Liefde, Lisa Appignanesi. Het internet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten