De Wereldleraar.
Meester El Morya Khan Leider van de Grote Witte Broederschap. Van oorsprong een Rajputaanse Prins uit Rajput India. Opgestegen als Meester van Wijsheid. |
Op 19 juli
1977 was er in het begin van de middag een vlucht uit Karachi (Pakistan) op
het Londense vliegveld Heathrow binnengekomen. Gestaag liepen de honderden
passagiers via de Gate naar de vereiste Terminal om van daaruit via de douane
naar de aankomst hal te gaan. Onopvallend en handig manoeuvrerend door de massa
liep daar een slanke Hindoestaanse jongeman, sportief gekleed met een draagtas.
Een aantrekkelijke jongeman van rond de dertig, met een zeer innemend gelaat.
Hij was een poosje daarvoor met een vliegtuig vanuit een grote stad aan de voet
van de Himalaya vertrokken en via een kort verblijf in Pakistan in Londen
aangekomen. Aangekomen bij de douane wuifde de betreffende ambtenaar hem na een
vluchtige controle meteen vriendelijk door. De wat oudere douane ambtenaar
vertrouwde hem om een een of andere reden intuïtief, zonder dat hij dat zelf
kon verklaren. Hij ging zelf altijd buitengewoon zorgvuldig met de controles om,
want fouten zouden hem en zijn collega’s zwaar aangerekend worden. In de aankomsthal
werd de Hindoestaanse jongeman, die klaarblijkelijk weinig overige bagage had,
hartelijk begroet door twee mannen van ongeveer dezelfde leeftijd met eveneens
een oosters voorkomen. Het drietal haastte zich vervolgens naar het op het
vliegveld aanwezige metrostation om met de metro naar ‘Covent Garden’ in het
centrum van Londen te reizen. Alwaar een taxi genomen werd om hen naar ‘East
End’ in het oude stadsgedeelte te vervoeren. Aangekomen bij het adres waar men
moest zijn, bleek dit de Indiaas- /Pakistaanse gemeenschap in ‘Brick Lane’ in
het East End van Londen te zijn. De Hindoestaanse jongeman bleek een nieuw lid
van de gemeenschap te zijn, die in India was aanbevolen door de gemeenschap waartoe
hij behoorde. De nieuwkomer zou zich actief bezig houden met sociaal-maatschappelijk problemen binnen de gemeenschap van East End. In India
had hij daarvoor een speciale opleiding genoten en was hij verbonden aan een
educatieve instelling had men gezegd.
De Hindoestaanse
jongeman werd op het nieuwe adres hartelijk ontvangen door de leiding van de
gemeenschap en kreeg een kamer in hun gemeenschapshuis toegewezen. Na een
uitgebreid ontvangst en een avond met hem doorgebracht te hebben, sprak men met
de nieuwkomer af dat hij de volgende dag op een bepaald tijdstip gewekt zou
worden. De volgende dag wilde men hem op het afgesproken tijdstip wekken, maar kreeg toen geen enkele reactie bij het kloppen op zijn deur. De deur bleek zoals verwacht
op slot te zijn en niemand had hem verder in het gebouw gesignaleerd. Men ging
er daarom ook uitdrukkelijk vanuit dat hij nog op zijn kamer moest verblijven.
Omdat hij op geen enkele manier reageerde, ging men verontrust op onderzoek uit
en opende zij met een reserve sleutel de deur, waarna de kamer leeg en
onbeslapen bleek te zijn. Bovendien bleek het slot niet van zijn deur af te
zijn geweest en waren de ramen ook niet open geweest. Van de Hindoestaanse jongeman was echter geen spoor te vinden. Ook de hoofdtoegang bleek die nacht
niet van het slot af te zijn geweest. Het was alsof de nieuwkomer in het
‘niets’ was opgelost. Er ontstond enige consternatie en ging men naarstig op
zoek naar hem, maar waar men ook zocht, zonder ook maar een enkel resultaat.
Later op de dag was de leiding van de Indiaas-/Pakistaanse gemeenschap in een
soort spoedoverleg bijeen, toen plotseling in hun vergaderkamer vanuit het
niets een witte gestalte verscheen. De gestalte bleek een Engelachtige verschijning
te zijn met een Indiaas gewaad aan en met een bijzondere hoofdtooi op. De man was
groot en had een edele gelaatsuitdrukking. Men schrok hevig van de plotselinge
verschijning, waarna de gestalte zich direct kenbaar maakte en de leiding
gerust stelde. Hij zei dat hij zich eerder als de Hindoestaanse jongeman had gemanifesteerd, maar dat hij een Geestelijke Avatar (Hindoestaans voor Hoge Geestelijke Meester) is.
Hij legde de leiding van de gemeenschap uit dat hij zich doormiddel van ‘Mayavirupa’s’
(bedrieglijke verschijningsvorm), zich in elke (schijnbaar) fysieke vorm kan manifesteren en dat hij met een speciale missie was gekomen.
Hij legde de leiding uit met wat voor een missie en met welk doel hij in hun
midden was verschenen.
De
verschijning sprak op een zeer heldere ietwat zachte gedecideerde toon, waarbij
het leek alsof elk woord dat hij sprak als een ‘echo’ in hun hoofd weerklonk.
De leiding van de Indiaas-/Pakistaanse gemeenschap was met stomheid geslagen en
voelde zich zeer vereerd door het hoge Geestelijke bezoek. Afgesproken werd om
het huis waar de leiding vergaderde en waar ook eerder de Hindoestaanse jongeman hartelijk ontvangen was, nu als ‘woonadres’ van de Geestelijke Avatar te beschouwen. Gelet op de aard van de verschijning en de wijze waarop de Avatar
zich manifesteerde, kon men het hoge bezoek officieel niet als regulier lid van
hun gemeenschap registreren. Maar zou men hem op zijn nadrukkelijke verzoek,
als ‘broeder en als vriend’ van hun Indiaas-/Pakistaanse gemeenschap
beschouwen. De Avatar vertelde hen dat hij telkens, als hij daarvoor
de noodzaak voelde zich door middel van een Mayavirupa 1) zou manifesteren, waarbij hij elke
keer van een andere gedaante gebruik zou maken. Maar men zou hem intuïtief
herkennen en al naar gelang het doel waarvoor hij zou verschijnen, voor een
korte of wat langere tijd in hun midden kunnen verblijven. Maar nooit continu.
Absolute geheimhouding werd de leiding van de gemeenschap hen opgelegd. Vanaf die
tijd was de missie van de Avatar officieel begonnen en stond hij
via een speciaal door hem aangestelde Geestelijke Gids, telepathisch in contact
met een door de Avatar uitgekozen medium in Londen. 2)
1)
De term Mayavirupa (Sanskriet), is samengesteld
uit twee woorden: Mayavi dat ‘illusoir’
betekent en Rupa dat ‘vorm’ betekent. Een Mayavirupa is een door het denken
gevormd lichaam, of illusie-lichaam met een hogere astrale mentale vorm. De
Mayavirupa kan overeenkomstig de wens van de adept, elke willekeurige vorm
aannemen. Een synonieme filosofische uitdrukking is de ‘proteїsche’ ziel. In
Duitsland noemden middeleeuwse mystici het de ‘Doppelgӓnger’. Met het
Mayavirupa hangt een overig mystiek feit samen: de (fysieke) adept is in staat
zijn bewustzijn in de Mayavirupa vorm te projecteren over een onbeperkte
afstand. Dit terwijl het fysieke lichaam als het ware in trance achterblijft.
In Tibet wordt dit vermogen om het Mayavirupa lichaam te projecteren, ‘hphowa’ genoemd.
Op alle
gebieden van het leven vinden tegenwoordig reusachtige veranderingen plaats,
als opmaat tot de vestiging van volkomen nieuwe manieren van sociaal en
maatschappelijk leven. Veel mensen zijn zich bewust dat er een nieuw geestelijk
tijdperk daagt, vandaar ook de opkomst van nieuwe spirituele groepen en religieuze
splintergroeperingen. Hoewel veel van deze groepen teruggrijpen op oude vormen
van aanbidding en geloof, delen velen toch wel de gemeenschappelijke mening dat
we nu op de drempel staan van een nieuwe tijd, een nieuwe kosmische cyclus. Dit
is niet zomaar fantasie of louter een astrologische voorspelling, maar mede ook
een astronomisch feit. Het is het resultaat van de ‘precessie van equinoxen’
(dag- en nachteveningspunten), ofwel de verplaatsing van ons zonnestelsel in
het heelal ten opzichte van de twaalf tekens van de Dierenriem. De Dierenriem
is een 20⁰ brede zone aan de ‘hemelbol’, waarbinnen de schijnbare banen
(ecliptica) van de zon, maan en de planeten verlopen. Onze zon beschrijft een
baan ten opzichte van deze twaalf planetaire constellaties die ongeveer 26000
jr. in beslag neemt. Ongeveer elke 2160 jr. staat de zon in een bepaalde
verhouding tot een van deze sterrenbeelden. Zolang die verhouding bestaat,
heeft men het over het tijdperk van dat sterrenbeeld en ontvangen wij de
krachtige kosmische energieën die daarvan uitstromen. Deze energieën
verschillen per tijdperk en inspireren ons tot de schepping van geheel
verschillende beschavingen. Gedurende de afgelopen 2160 jr. leefden we in het
tijdperk van Vissen. De energieën van het Vissentijdperk kenmerkte zich
door de hoedanigheden van ‘individualisme en idealisme’, maar ook tot het
tijdperk van volgelingen en hebben geleid tot de schepping van vormen en
instellingen die deze hoedanigheden tot uitdrukking brachten. Dit heeft de
mensheid een grote stap voorwaarts gebracht, maar meestal wijdden we ons aan
ons eigen ideaal ten koste van anderen. Maar naarmate de zon zich verwijdert
uit de invloedssfeer van het Vissentijdperk, worden de energieën van Vissen
teruggetrokken. En naarmate we meer in de invloedssfeer van de volgende
constellatie komen, van het ‘Watermantijdperk’, worden we beïnvloed door haar
energieën. Hetgeen nu uitgebreid aan de gang is. De energie van Waterman is de
energie van synthese. En net zoals de energie van het Vissentijdperk de wereld
verdeeld heeft, zal de energie van Waterman tot een samensmelting, een
samengevoegde eenheid leiden. Ofwel tot een synthese van de hele mensheid, de
natuur en de lagere natuurrijken. Inmiddels zijn we getuige van dat proces.
De
Wereldleraar.
In elke
nieuwe tijd ontvangt de mensheid nieuwe leringen voor een toepasselijke reactie
op de energieën van die periode. Onder cyclische wetmatigheid komt aan het
begin of het einde van elk tijdperk een leraar naar voren in de wereld, ofwel
een Wereldleraar die de mensheid zal leiden naar een betere beschaving. Historisch
kennen we deze Wereldleraren bij naam als: ‘Hercules, Hermes, Rama, Mithras,
Vyasa, Confucius, Zarathustra, Krishna, Shankaracarya, de Boeddha, de Christus
en Mohammed. Ook dit tijdperk krijgt zijn eigen leraar, die nu al in de wereld
is en gereed staat om Zichzelf openlijk bekend te maken. Deze leraren komen
allemaal uit hetzelfde geestelijke centrum van de planeet, ofwel de esoterische
of Geestelijke Hiërarchie van de wereld. De oudere leden van deze Geestelijke
Hiërarchie zijn mensen zoals wij, maar die ons voorgegaan zijn in de evolutie.
Die zichzelf hebben vervolmaakt (vergoddelijkt) en hun energieën en hun ideeën vormen de
stimulans achter onze eigen ontwikkeling. Zij zijn bij hun discipelen bekend
als de ‘Meesters van Wijsheid en de Heren van Mededogen’. Gedurende talloze
duizenden jaren hebben zij zich, meestal vanuit hogere dimensionale niveaus, zich
opgehouden in de afgelegen berg- en woestijnstreken van de wereld. Vanuit hun
verblijfplaatsen hebben zij duizenden jaren lang goedgunstig toegezien op de
evolutie van de mensheid. Onze evolutie, vanaf de vroeg ‘dierlijke mens’ tot
aan ons huidige punt van ontwikkeling, verloopt doormiddel van uitbreiding van
bewustzijn. Deze groei van bewustzijn wordt tot stand gebracht onder leiding en
door stimulans van de ‘Meesters van Wijsheid’. Veel van het werk van de
Meesters wordt uitgevoerd door hun discipelen, zowel mannen als vrouwen in de
wereld. Alle religies verwachten de komst van een leraar. Christenen verwachten
de terugkeer van de Christus, moslims wachten op de Imam Mahdi of de Messias,
afhankelijk van hun denominatie. Hindoes verwachten de terugkeer van Krishna en
de joden de Messias. Zo ook verwachten de boeddhisten Maitreya Boeddha. Nu
keert de Wereldleraar terug voor alle groepen, religieus of niet. De
Wereldleraar zoals Gautema Boeddha en de Bijbelse Paulus destijds ook al voorspelden, is De Wereldleraar gelijk aan de Engelen en aan mensen. De Wereldleraar heeft duizenden jaren in
de Himalaya geleefd in afwachting van het kosmische tijdstip, waarop zijn
terugkeer in de wereld wordt verwacht.
Zijn
definitieve terugkeer.
De
Wereldleraar maakte al vrij kort na de tweede wereldoorlog bekend dat de
Geestelijke Meesters en hijzelf besloten hadden, om op het vroegst mogelijke
tijdstip in de wereld van alledag terug te keren, zodra de mensheid zelf orde
op zaken begon te stellen. Hij zei dat hij zou komen wanneer er weer een zekere
mate van vrede in de wereld was hersteld. En wanneer het beginsel van
‘Samendelen’ maar enigszins het economische leven zou gaan beheersen, alsook
wanneer het beginsel van ‘Goede Wil’ actief toegepast zou worden om de juiste
menselijke verhoudingen te kunnen realiseren. De Wereldleraar hoopte rond 1950
te kunnen komen, in de verwachting dat de pijn en het lijden gedurende de
wereldoorlog de mensheid zouden hebben gelouterd en in een nieuwe richting
zouden leiden. Maar niet alle landen hadden geleden en de grootmachten keerden
al snel weer terug tot de oude gewoonten van ‘wedijver en nationalisme’ uit het
verleden. Zodoende werd de komst van de Wereldleraar uitgesteld tot juli 1977,
toen zei hij dat hij niet langer meer zou wachten. Op 8 juli 1977 daalde hij af
uit zijn 6000 meter hoge verblijfplaats in de Himalaya en verbleef hij daarna
nog enkele dagen op de Pakistaanse laagvlakte om daar te acclimatiseren.
Uiteindelijk kwam hij op 19 juli 1977 aan op Heathrow in Londen, Engeland.
Alwaar hij nog steeds woont als een ogenschijnlijk gewoon lid van de Aziatische
gemeenschap, ofschoon niemand hem echt kent aangezien hij telkens van gedaante
verandert. Daar wacht hij op een uitnodiging van de mensheid om naar voren te
treden als de officiële Wereldleraar. Zijn naam is Maitreya. Inmiddels heeft
hij al vele interviews gegeven over de hele wereld, maar telkens in een andere
gedaante en als een ander persoon. Maar zijn boodschap is overal hetzelfde. Na
zijn interviews is hij telkens plotseling verdwenen en is hij nergens meer te vinden.
2)
Het voorwoord is Fictief, maar had waar kunnen zijn. Omdat zijn aankomst in Londen nooit in details bekend is gemaakt.
Het voorwoord is Fictief, maar had waar kunnen zijn. Omdat zijn aankomst in Londen nooit in details bekend is gemaakt.
Inspiratie: Eigen ingeving en de literatuur van
Benjamin Creme. Benjamin Creme is het Londense medium die alle informatie van Maitreya doorkrijgt. Het tijdschrift van de leer is: Share International.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten